Graven van de familie Steggewentz en aanverwanten
Op de Oude Algemene Begraafplaats zijn drie graven van de familie Steggewentz te vinden. Deze familie van ijzer-,hoef- en kachelsmeden had haar bedrijf aan de Dorpsstraat in Zeist. Er bestonden nauwe familiebanden met de families Versteeg en Liefrink, die eveneens hun bedrijf aan de Dorpsstraat hadden.
Graf E45
(2) In graf E45 zijn begraven Evert Steggewentz (1809–1882)en zijn echtgenote Cornelia Roberta Versteeg (1822-1892). Het graf is voorzien van een liggende steen met opschrift.
Opschrift graf E45
e.steggewentz
geboren 28 juli 1809
overleden 4 maart 1882
en
zijne echtgenoote
c.r. steggewentz-versteeg
14 juli 1822
overleden 7 juli 1892
Graf J78
(3) In graf J78 zijn begraven Willem Steggewentz (1846–1917), de oudste zoon van Evert en Cornelia, en zijn echtgenote Maria Roodhuijzen (1865–1934). Ook op dit graf bevindt zich een liggende steen met opschrift.
Opschrift graf J78
rustplaats van willem steggewentz
geb. 19 april 1846
overl. 20 december 1917
en
maria steggewentz-roodhuijzen
geb. 3 december 1865
overl. 27 april 1934
Graf G3
(4) In graf G3 zijn begraven Hermanus Cornelis Steggewentz(1847–1935), de jongste zoon van Evert en Cornelia, en diens echtgenote Anna Hillegonda Boekweg (1850–1922). Vóór hen werd in dit graf al een zuster van Cornelia Roberta Versteeg begraven, Robertha Elisabetha Feringa-Versteeg (1824–1908).Het graf heeft een liggende steen met opschrift.
Opschrift graf G3
r.e. feringa-versteeg
geb. te zeist 16 febr. 1824
en aldaar overl. 7 dec. 1908
ontslapen in den heere
en
a.h. steggewentz-broekweg
overl. 18 april 1922
en
h.c. steggewentz
geb. 23 dec. 1847
overl. 19 febr. 1935
Graf D8
(5) Naast deze drie graven van de familie Steggewentz is er het graf D8. Hier zijn begraven de grootouders van Willem en Hermanus Steggewentz van moederskant, Maas Versteeg(1793–1879) en Elisabeth Charlotte Stevens (1794–1882).Voorts twee broers van hun moeder Albertus Gerardus Versteeg (1831–1859) en Jacobus Versteeg (1834–1893), diens echtgenote Gerhardina Liefrink (1835–1914) en hun twee kinderen Albertus Gerardus Versteeg (1873) en Elisabeth Charlotte Martha Versteeg (1871–1914). De familie Versteeg had een timmerbedrijf aan de 1e Dorpsstraat en de familie Liefrink was eigenaar van de in Zeist bekende azijnmakerij ‘De Ster’, eerst aan de Dorpsstraat, later aan de Maurikstraat. De liggende grafsteen is voorzien van een uitgebreid opschrift.
Opschrift graf D8
ontslapen in hun heer en heiland
alb. ger. versteeg
beroep pred. te nichtevecht
geb. 5 dec. 1831. overl. 27 dec. 1859
alb. ger. versteeg
geb. 5 dec. 1873. overl. 31 dec. 1873
maas versteeg
geb. 4 maart 1793. overl. 8 mei 1879
elisabeth charlotte stevens
wed. maas versteeg
geb. 20 april 1794. overl. 19 juli 1882
jacobus versteeg
geb. 25 febr. 1833. overl. 19 jan. 1893
gerhardina versteeg
geb. liefrink
geb. 19 febr. 1835. overl. 26 juni 1914
e.c.m. versteeg
geb. 4 juli 1871. overl. 28 oct. 1948
Graf G63
(6) Graf G63 is het graf van de ouders van Maria Roodhuijzen (zie graf J 78), Pieter Roodhuijzen (1827–1911) en Maria Versteeg (1829–1914). Het graf is bedekt met een liggende steen met opschrift. In hetzelfde graf is ook de inwonende hulp Anna Liese Grimm (1896–1912) begraven.
Opschrift graf G63
zalig zijn de dooden die in
de heere sterven
p. roodhuijzen
geb. te amsterdam 18 dec. 1827
overl. te zeist 14 oct. 1911
en
maria roodhuijzen-versteeg
geb. te zeist 14 febr. 1829
overl. te zeist 27 dec. 1914
anna liese grimm
geb. te palembang 1 mrt 1896
overl. te zeist 21 april 1912
ps 103: 15
Familie Steggewentz
De naam Steggewentz kent diverse schrijfwijzen, ook Steggewenze, Steggevenze, Steggewense, Steggewernse of Stegewenzs komt voor. De familie Steggewentz is afkomstig uit Duitsland.
Evert Steggewentz (1809–1882), geboren in Schüttorf net over de grens in het graafschap Bentheim, vestigt zich vanuit Duitsland eerst in De Bilt. In 1839 verhuist hij naar Zeist. Hij gaat als smidsknecht werken in de smederij van Albertus Stevens aan de 1e Dorpsstraat nr. 4. Later komt de jongere broer van Evert, Jan Hendrik (1825–??) ook naar Zeist om in de smederij te werken. Hij vertrekt in 1850 naar Purmerend.
Evert Steggewentz is inwonend bij de familie Stevens. Hij neemt de smederij over van Albertus Stevens, die op 24 mei 1844 overlijdt, maar niet is begraven op de ‘Oude Algemeene Begraafplaats’. In 1845 huwt Evert Cornelia Roberta Versteeg (1822–1892).
Zij is de dochter van Maas Versteeg, timmerman en schrijnwerker, en Elisabeth Stevens, én de kleindochter van Albertus Stevens. De familie Versteeg woont een paar huizen verder aan de Dorpsstraat huisnummer 13.
Willem en Hermanus Cornelis Steggewentz
Het echtpaar Evert en Cornelia Roberta Steggewentz-Versteeg krijgt twee zonen, Willem (1846–1917) en Hermanus Cornelis (1847–1935). In 1870 vieren zij hun zilveren bruiloft.
Willem wordt net als zijn vader ijzersmid en gaat werken in de smederij aan de Dorpsstraat. Herman wordt timmerman zoals Maas Versteeg, zijn grootvader van moederskant.
Willem Steggewentz trouwt op 12 september 1895 in Ede met zijn nicht Maria Roodhuijzen (1865–1934). Willem is op dat moment 49 en Maria 29 jaar oud.
Maria is de dochter van Pieter Roodhuijzen en Maria Versteeg, een 8 jaar jongere zus van Cornelia Roberta Versteeg, de moeder van Willem. Het echtpaar blijft kinderloos.
Hermanus Cornelis Steggewentz trouwt op 22 augustus 1895 met Anna Hillegonda Boekweg (1850–1922). Ook zij blijven kinderloos.
Willem Steggewentz is behalve smid ook op andere terreinen actief in de Zeister gemeenschap. Zo is hij in 1897 bij de brandweer ‘commandeur der ladders- en vuurhaken en brandzeilhanteerders’. Zijn broer Hermanus Cornelis is dan ‘commandeur bij de handspuit’.
In 1905 heeft Willem onder meer zitting in het bestuur van de ‘Algemeene Armencommissie’ en dat van de ‘Onderlinge Waarborg Vereeniging voor Werklieden en Arbeiders’. In 1911 is hij kandidaat voor het Kiescollege der Ned. Herv. Kerk.
Smederij aan de 1e Dorpsstraat
De smederij van Albertus Stevens, waar Evert Steggewentz in 1839 als smidsknecht begonnen is, wordt in 1843 vermeld als grofsmederij tevens hoefsmederij met vijf volwassen werklieden, en is dan eigendom van Evert Steggewentz.
In 1863 is er naast de grofsmederij ook sprake van ‘kagchel en hoefsmederij’, waar vijf volwassenen en één kind werkzaam waren. Mogelijk werkte toen al zijn zoon Willem in de smederij, die het bedrijf na het overlijden van zijn vader in 1882 voortzette.
Toen Willem in 1917 overleed, verkocht zijn weduwe de smederij aan Anthonius de Man. In het bedrijf van De Man werkten aanvankelijk twee arbeiders. In 1925 is het aantal uitgebreid tot zeven. Een van de werknemers van het eerste uur was de heer Antonie Leenhard (1844–1936). In 1913 is hij geridderd en ontving hij de aan de Orde van Oranje-Nassau verbonden eremedaille in brons. In 1922 werkte hij maar liefst 66 jaar in de smederij.
Colofon
Graven van de familie Steggewentz en aanverwanten
Documentatie:
- Grafregister van de Oude Begraafplaats aan de Bergweg (Geheugen van Zeist)
- Bevolkingsregister, adresboeken, huwelijksbijlagen, Hinderwetvergunningen
(1832-1914), Opgaven van de fabrieken en bedrijven (1838–1926) (GAZ) - Advertenties Weekbode en (Nieuwe) Zeister Courant (Geheugen van Zeist)
- Herkomst afbeeldingen: Gemeentearchief Zeist (GAZ) en Zeister Historisch Genootschap (ZHG)
- Foto’s van de graven, poortgebouw en voormalige smederij 2015: S.G. van Ginkel-Meester
Met dank aan R.P.M. Rhoen en mevr. R.Klumpenaar-Bijlsma
Samenstelling: Zeister Historisch Genootschap, 2015
Vormgeving poster: Werkplaats Amsterdam